Toepassingsgebied
In Duitsland wordt de private persoonsbeveiliging geregeld in: a) Verordnung über das Bewachungsgewerbe van 7 december 1995 (ook wel: Bewachungsverordnung, afgekort: BewachV); b) Gewerbeordnung van 21 juni 1869 (afgekort: GewO); en c) Berufsbildungsgesetz van 23 maart 2005 (afgekort: BBiG)
Vergunningplicht
De vergunninggebondenheid
In Duitsland wordt de vergunninggebondenheid voor persoonsbeveiligers geregeld in §34a Gewerbeordnung van 21 juni 1869 (GewO). Ingevolge §34a lid 1, 1ste volzin GewO wordt bepaald, dat iemand die beroepsmatig het leven of het eigendom van derden bewaken wil, een Erlaubnis (=vergunning) nodig heeft van de bevoegde autoriteiten.
Anzeigepflicht ex §14 GewO
Alvorens men een Erlaubnis aanvragen kan, dient men de bewakingsonderneming in het kader van §14 GewO te melden bij de bevoegde Ordnungsamt des Landeskreises of Ordnungsamt der Kreisenfreien Stadt. Deze zgn. Anzeigepflicht geschiedt middels een Gewerbeanmeldung, ex §14 lid 1, 1ste volzin j° lid 4, 1ste volzin, sub 1 GewO.
Indien de bewakingsonderneming haar activiteiten verplaatst of uitbreidt, doet zij melding bij de Ordnungsamt middels een Gewerbeummeldung (ex §14 lid 1, 1ste volzin, sub 1 en 2 j° lid 4, 1ste volzin, sub 2 GewO).
Indien de bewakingsonderneming haar activiteiten beëindigt, geschiedt dit middels een Gewerbeabmeldung (ex §14 lid 1, 1ste volzin, 1ste volzin, sub 3 j° lid 4, 1ste volzin, sub 3 GewO).
Bij de meldingen in het kader van de Anzeigepflicht dienen de volgende bescheiden te worden toegevoegd:
a) een personeelidentiteitskaart of een paspoort;
b) bij een volmacht, een schriftelijke volmachtverlening en een identiteitsbewijs van de volmachtverleners alsmede die van de gevolmachtigden; en
c) een uittreksel uit het handelsregister.
d) een Bescheinigung über die Unterrichtung ex §34a, lid 1, 3de volzin, sub 3 en 4de volzin GewO
e) een Bescheinigung über die Unterrichtung ex §34a, lid 1, 5de volzin GewO
De Vergunningeisen
De vergunningeisen voor de private persoonsbeveiliging worden geregeld in §34a lid 1, 3de volzin GewO. Er gelden de volgende eisen:
1) De feiten rechtvaardigen dat de vergunningaanvrager beschikt over de voor de beveiligingswerkzaamheden vereiste vertrouwelijk.
2) De aanvrager kan aantonen te beschikken over de voor de bewakingsactiviteiten vereiste zekerheden en middelen.
3) De aanvrager kan aantonen middels een Bescheinigung van de Industrie – und Handelskammer (IHK) te beschikken over de voor de branche noodzakelijke juridische vakkennis en hiermee vertrouwd te zijn
Indien er voldaan wordt aan deze eise, dan bestaat er een rechtsaanspraak op een toekenning van een Erlaubnis.
De eisen t.a.v. personeel
De eisen t.a.v. het personeel van een bewakingsonderneming worden geregeld in §9 Bewachungsverordnung (BewachV). Er gelden de volgende eisen:
a) Het personeel dient betrouwbaar zijn (§9 lid 1, 1ste volzin, sub 1 BewachV);
b) Het personeel dient de leeftijd van 18 jaar bereikt hebben of een loopbaan afgesloten hebben bij de Politzeivollzugdienstie, Justizvollzugdienst, Bundesgrenzschutz of als veldwachter bij de Bundeswehr (§9 lid 1, 1ste volzin, sub 2 BewachV); en
c) Het personeel dient te beschikken over een onderwijsdiploma ex §3 lid 2, een getuigschrift ex §5 lid 1 of een getuigschrift van een vroegere werkgever ex §17 lid 1, 2de volzin (ex §9 lid 1, 1ste volzin, sub 3 BewachV).
Ter verificatie van de betrouwbaarheid wint de Ordnungsamt inlichtingen in ex §41 lid 1, Nr. 9 Bundeszentralregistergesetz (BZRG) (ex §9 lid 1, 2de volzin BewachV). Deze verificatie heeft ook betrekking op: a) de vertegenwoordiging van een rechtspersoon, die belast zijn met de activiteiten op het gebied van bewaking en b) de leidinggevenden (§9 lid 1, 2de volzin en §1 lid 2, sub 2 resp. 3 BewachV). Ex §9 lid 2, 1ste volzin BewachV genieten de volgende personen geen vertrouwen, namelijk:
1) personen die deelnemen aan een vereniging, die conform het Vereinigingungsgesetz verboden zijn verklaard;
2) personen die deelnemen aan een vereniging, die op basis van het Vereinigungsgesetz onderworpen is aan een deelnameverbod;
3) personen die deelnemen aan een politieke partij, die ongrondwettig verklaard is door het Bundesverfassungsgericht (BfG) ex §46 Bundesverfassungsgerichtshofgesetz (BFGG);
4) personen die pas sinds 10 jaar niet meer deelnemen aan een politieke partij, die ongrondwettig verklaard is door het BfG.
5) personen die alleen of in verenigingsverband de feiten neergelegd in §3 lid 1 Bundesverfassungsschutzgesetz (BVerSchG) nastreeft of in de laatste 5 jaren nagestreefd heeft.
De bewakingsonderneming dient de Ordnungsamt schriftelijk op de hoogte te brengen van de personen die zij in dienst wenst te nemen, met het oog op de in §9 lid 1, 1ste volzin genoemde kwalificaties. Zij moet elk kalenderjaar alle namen en voornamen van het ontslagen personeel te melden met opgaaf van de datum van indiensttreding tot 31 maart van het daarop volgende jaar (ex §9 lid 3, 1ste en 2de volzin BewachV). Het in de 1ste en 2de volzin bepaalde geldt ook voor: a) de vertegenwoordiging van een rechtspersoon, die belast zijn met de activiteiten op het gebied van bewaking en b) de leidinggevenden ervan (§9 lid 3, 3de volzin en §1 lid 2, sub 2 resp. 3 BewachV).
Vergunningaanvraag ex §34a Gewerbeordnung
Om een Erlaubnis ex §34a GewO te verkrijgen, dient men een Erlaubnisanfrage te doen bij de bevoegde Ordnungsamt des Landeskreises of Ordnungsamt der Kreisenfreien Stadt. Deze aanvraag kan zowel door een natuurlijke als een rechtspersoon gedaan worden. Bij personenvennootschappen heeft iedere beherende vennoot een Erlaubnis nodig. Bij een rechtspersoon wordt de Erlaubnis aan de totale entiteit verstrekt.
De Erlaubnisanfrage dient volgens de IHK in Rostock de volgende documenten te bevatten:
1) Een uittreksel uit het Handelsregister, indien het een ingeschreven onderneming betreft.
2) Een Führungszeugnis (bewijs van goed gedrag) ex §30 lid 5 Bundeszentralregister. Deze vraagt men aan bij de Einwohnermeldeamt. Bij een rechtspersoon betreft het de Fühnungszeunis van diens vertegenwoordiging.
3) Een vermelding uit het Gewerbezentralregister. Deze vraagt men aan bij de Ordnungsamt.
4) De vermelding van een registratie in het Debiteurenregister van het Amtsgericht, binnen wiens territoriale jurisdictie de aanvrager in de laatste 3 jaren zijn woonplaats of beroepsvestigingsplaats heeft gehad (ex §915 ZPO en §107 KO).
5) Bescheiden inzake de voor het bedrijf verschafte financiële middelen en zekerheden.
6) Bescheiden inzake een toereikende Haftpflichtversicherung.
7) Bescheiden inzake de deelname aan 80-uren onderwijs voor het bewakersberoep ex §§1 t/m 4 BewachV. Het deelnamebewijs hiervan wordt door de verantwoordelijke IHK uitgegeven. Bij een bestaande zgn. Bewachungstätigkeit, dient een bewijsstuk van een voor de IHK afgelegde Sachkundeprüfung te worden overlegd.
Voor het doen toekomen van de Erlaubnis kan het bevoegde gezag de IHK de door de aanvrager voorgelegde bescheiden ter beoordeling voorleggen. In op zichzelf staande gevallen kunnen Polizeidienststellen en verdere Strafvorderingsautoriteiten benaderd worden om na te gaan of er enige antecendenten zijn. In alle gevallen wordt het bedrijf in kwestie geïnformeerd over dergelijke onderzoeken.
Kosten
Voor een bewakingsonderneming die zich wil vestigen in Duitsland, geldt er een Anmeldungsgebuhr en een Erlaubnisgebuhr die betaald moeten worden! Voor incidentele operaties, wordt erop geattendeerd alles voor de zekerheid te regelen via de BKA/LKA.
Einde Erlaubnis
De Vergunning houdt op te bestaan met de dood van de eigenaar of het opheffen van het bedrijf. De vergunning kan niet worden overgedragen.
Vestigingsplicht
In de Duitse regelgeving wordt er niet gesproken over een vestigingsplicht. Dit wordt nog nader geverifieerd. Het Bundesinstituut vor Berufsausbildung verwijst voor dergelijke kwesties naar de plaatselijk IHK’s. Volgens hen zou er bij het IHK gevraagd kunnen worden voor een federale dekking van de activiteiten i.p.v. een gemeentelijke dekking
Legitimatieplicht
Identificatiekaartgebondenheid
In Duitsland geldt er een Ausweispflicht (legitimatieplicht) voor private persoonsbeveiligers. Deze Ausweispflicht is neergelegd in §11 lid 1, 1ste volzin BewachV. De bewakingsonderneming dient diens personeel te verplichten hun identificatiekaart bij zich te dragen en deze te tonen op verzoek van de autoriteiten (§11 lid 3 BewachV).
Diploma-eisen
Op grond van §34a lid 1, 4de volzin j° §34a lid 1, 3de volzin, sub 3 GewO j° §1 en §9 lid 1 BewachV geldt er in Duitsland een diplomaplicht voor bewakingspersoneel. Deze verplichting geldt voor:
1) Personen, die het beroep ex §34a lid 1, 1ste volzin GewO als zelfstandige willen uitvoeren;
2) De juridische vertegenwoordiging van het de rechtspersoon, die met uitvoering van de in §34a genoemde activiteiten belast zijn;
3) De personen aan wie de leiding van een bedrijf is opgedragen;
4) Overige niet-zelfstandigen, die met de uitvoering van bewakingsactiviteiten ex §34a lid 1, 4de volzin GewO belast worden.
Voor beroepsbeoefenaars uit andere EG-lidstaten en staten behorende tot de EER gelden de regels inzake de Sachkundeprüfung (ex §5a t/m 5d BewachV). Dit wordt nog nader geverifieerd. Het Bundesinstituut vor Berufsausbildung verwijst voor dergelijke kwesties naar de plaatselijk IHK’s.